Geen antwoord

30 May 2023 - Preek - Hervormde Gemeente Oost

Dit is iets waar je je zo nu en dan vrolijk over kunt maken. Afgelopen donderdag vierden we Hemelvaartsdag. Voor veel mensen betekent dat een vrije dag. Voor sommige mensen betekent het een dag waarop ze ook nog naar de kerk gaan. Zo nu en dan is er iemand, een journalist of een cabaretier die in een winkelcentrum gaat staan met een microfoon in zijn hand en die aan voorbijgangers vraagt aan wat voor dag het die donderdag is? Waar de naam hemelvaart vandaan komt? En wat dat kan betekenen. Je krijgt dan vaak hele grappige antwoorden, van mensen die er ook niks aan kunnen doen, maar die werkelijk niet weten waar het woord hemelvaart mee te maken heeft en waar het vandaan komt.

Hemelvaart is in dit verband nogal berucht, en kan je in verlegenheid brengen, omdat we inmiddels en ander wereldbeeld hebben, waarbij Jezus niet ‘boven’ is, boven het hemels baldakijn van de sterren en planeten. Waardoor je dus niet precies kunt aanwijzen in welke richting Jezus precies weg is gegaan. In de televisie-uitzending van de Passion met hemelvaart ging Jezus daarom ook niet omhoog, maar ‘gewoon’ weg, zoals bij ons iemand weggaat en afscheid neemt. Maar ook al lijkt Hemelvaart in dit verband dus extra bijzonder, eigenlijk kun je hetzelfde doen met Pasen en Pinksteren. Aan willekeurige mensen vragen wat het betekent, en je krijgt verrassende antwoorden. En nog sterker, het kan best dat u, u bent in elk geval vandaag een kerkganger, dat u als kerkganger ook weleens moet nadenken als u misschien op een onbewaakt ogenblik zomaar denkt: maar wat doe ik eigenlijk in de kerk? Wat betekent hemelvaart? Wat betekenen Pasen, Pinksteren in mijn leven?

Om nu meteen een misverstand te voorkomen: het is helemaal niet erg als je daarop niet direct een antwoord klaar hebt. Wie zegt tegen je dat je meteen een antwoord moet weten? Als je je bij de kerk of bij de bijbel betrokken voelt, hoort er dan bij dat je zo’n vraag onmiddellijk kunt beantwoorden? Dat lijkt me eerlijk gezegd niet. Wie zegt dat u overal een antwoord op moet hebben, als u kerkganger bent? Waarom zou je bijvoorbeeld, als je gevraagd wordt naar de betekenis van zo’n christelijke feest, niet kunnen zeggen: ‘Dat weet ik niet, ik ben daar al heel lang mee bezig, maar ik zou het nu niet zomaar onmiddellijk kunnen zeggen. Daar leent het zich denk ik ook niet voor.’ Waarom zou je van jezelf eisen om zo’n antwoord klaar te hebben?  



Er is een belangrijke reden, die je ontslaat van zo’n verplichting. Daarvoor nodig ik u uit om even wat nauwkeuriger te kijken naar de voorkant van uw liturgieblaadje. Want daarop zie je, als je goed kijkt, in één beeld zowel de opstanding als de hemelvaart. Rechtsonder zie je de vrouwen die bij het graf staan, het graf wat je linksonder ziet. Daar zie, bij dat graf zie je ook een engel die naar de vrouwen kijkt en hen vertelt dat Jezus hier niet is. Bij dat graf staan ook nog twee mannen, die nog niet op de hoogte zijn van wat er gaande is en door de engel wordt verteld. Ze treuren. Uit het graf groeit een boom, een boom die symbool staat voor leven. In de boom zie je twee vogels zitten, die daar voedsel vinden. Twee vogels, die symbool staan voor joden en heidenen, dus waarmee uitgedrukt wordt dat iedereen, alle mensen voedsel kunnen vinden in het leven dat voortkomt uit het graf van Jezus. En Jezus zelf? Hem zie je rechtsboven omhooglopen, een berg op, waar uit een wolk een handreiking wordt gedaan. God zelf helpt en trekt Jezus binnen zijn aanwezigheid. Ook daar zijn er mensen die ineenkrimpen vanwege hun verdriet over het afscheid dat ze menen te moeten nemen van Jezus.

Afgezien van deze details, die je ziet, als je rustig kijkt naar dit kunstwerk, is het vooral het integrerende aspect van de afbeelding, wat mij treft. Het is niet: wat denk je van Pasen, wat denk je van Pinksteren? Hier worden deze verschillende fragmenten als een geheel aan ons getoond. Het is de eenheid van alles bij elkaar, dat je kan treffen. De samenhang.

en nu zijn we bij de Schriftlezing aangekomen uit Johannes, die door Joke is voorgelezen. Het is eenheid waar Jezus het in het evangelie van Johannes over heeft. Zoals jezus daar zegt: ‘Voor de mensen bid ik, die u mij gegeven hebt, omdat zij van u zijn – alles wat van mij is, is van u en alles wat van u is, is van mij.’ Het is uiteindelijk allemaal één geheel. Waar wij versnippering, scheiding en afzondering zien, is het volgens Jezus uiteindelijk één geheel. Dat laat het levensverhaal van Jezus zien, waarin wordt getoond dat er goed komt uit kwaad. Leven uit dood. Afscheid betekent dat er hand uitgestoken wordt, die je helpt. Leven is voortdurend sterven en herleven. In Psalm 126 komen we dat tegen als er een gelukzalige droom beschreven wordt dat zoals er in het regenseizoen water weerkeert in de drooggevallen wadi of beekbedding in de woestijn, dat zo ook vreugde weer terugkeert, als mensen die terugkeren, die vol vrolijkheid hun lied zingen, zoals wanneer de oogsttijd aangebroken is. 

In de natuur is dat voor ons ook het hele jaar door te zien, in het ritme van de seizoenen. En zelfs in ons eigen leven sterft er van alles af: levensfasen, vriendschappen, gezondheid, ideeën over wie je bent. Uit onze samenleving verdwijnen ook steeds weer allerlei dingen, misschien dingen waaraan je gehecht bent. Woorden, gebruiken, ideeën en plaatsen. En steeds weer komt er nieuw leven op. Vaak in vormen die je niet verwacht. Het christelijk geloof vertelt dat dit sterven en herleven het grondpatroon is van de hele schepping, die God goed heeft gemaakt, heel goed zelfs. Sterker nog: het vertelt dat God daar niet boven staat, maar zich er helemaal aan heeft toevertrouwd, in de gestalte van Jezus van Nazareth. Hij belichaamde God op zo’n unieke manier dat we hem Gods zoon noemen en onze broeder. Jezus is ons voorgegaan. Het geheim of het raadsel van wat er gebeurt, wat er met ons gebeurt, dat geheim openbaart zich hierin als een schepping van God. Of anders gezegd: uiteindelijk is alles wat hier gebeurt een reis naar ons eigen hart. Dat hart van ons, waarmee we al verbonden zijn met God.  



De Schriftlezing uit het evangelie van Johannes is een ontroerend hoogtepunt. Want daar lezen we dat Jezus er voor zijn volgelingen bidt. Jezus die vanuit de eenheid van alles bidt om vreugde, een vreugde die ten volle in hen is, in de mensen voor wie Jezus bidt.



Ik zag ooit in de etalage van en boekhandel een poster. Daarop stond in grote blokletters. Mindfulness werkt niet. Yoga werkt niet. Daaronder in kleinere letters: Christendom werkt niet. Soefisme werkt niet. Daaronder stond, in nog kleinere letters: Jij werkt.

Leven betekent bezig zijn met een fulltime job. Soms kun je dan vreemde dingen vinden. Die kom je zomaar tegen. Dat is leven. Het is het prachtige wat je niet kent. En het mooie waar je nooit op hebt kunnen rekenen.

Het eeuwige leven waarover Johannes spreekt, is zoals hij schrijft: ‘God kennen.’ Jezus zegt: ‘Het eeuwige leven is dat zij u kennen, de enig werkelijke God, en hém kennen die u gezonden heeft, Jezus Christus.’



Dit kennen betekent niet dat je overal een antwoord op weet, op elke vraag. Dat kennen betekent dat al voel je je misschien verlaten, dat je in werkelijkheid nooit alleen bent.                   



Johannes 17, 1 – 13 en Psalm 126