Seizoenen

25 November 2019 - Interview - Hervormde Gemeente Oost

De schrijver die we kennen onder de naam Prediker schrijft dat er “voor alles een seizoen is en een tijd voor ieder ding onder de hemel.” Prediker nodigt ons uit om het cyclische karakter van de werkelijkheid en de menselijke ervaring te overwegen. In deze interviewserie onderzoeken we de dingen die Prediker noemt. Vandaag: “Er is een tijd om te oogsten.” We zijn bij Marten Vis in Hoorn, op een middag, in de tweede week van oktober. We treffen elkaar in het Hooivak bij de koffie. Marten is boer op Terschelling. Hij melkt 72 koeien. Samen met Liesbeth Wijnalda, zijn vriendin, beheert hij in de zomer een boerencamping op het bedrijf. Er is de laatste tijd veel te doen over het boerenbedrijf in Nederland. Niet lang geleden stond het Malieveld vol trekkers. We vragen ons af: wat betekent oogsten voor boer Vis?



Is dat een mooi aantal koeien, die 72 van jou?


‘Ik vind van niet, als je wat meer op leeftijd bent en het bedrijf is grotendeels afbetaald heb kan je daar een goede boterham mee verdienen maar op de lange termijn is dat te weinig. Ik heb de boerderij overgenomen op 16 maart 2011, op de verjaardag van mijn vader. Mijn vader molk z'n 50 koeien, inmiddels hebben we er dit jaar 73. Er is dus enige groei geweest maar wel met de kanttekening dat we dit met zeer minimaal jongvee doen, dit omdat de overheid de dieraantallen heeft begrensd door de invoering van fosfaatrechten. Heel kort door de bocht houdt dit in dat elke kalf, pink of vaars die ik moet opfokken ter vervanging van mijn melkkoeien kostbare fosfaatrechten gebruikt. Enerzijds heel vervelend, anderzijds een stok achter de deur om te proberen de aanwezige koeien nog beter te verzorgen dat er zo weinig mogelijk uitval is en dus zo weinig mogelijk jongvee hoef op te fokken. Professioneler dus, iets waar ik heel erg van geniet als de koeien het goed doen. Hier zijn echter wel grote investeringen voor nodig die je nou eenmaal makkelijker rond kunt rekenen met meer koeien dan met minder. In 2016 zijn de koeien dan ook in een nieuwe stal gekomen met meer ruimte, licht en lucht en vooral ook boxen gevuld met zand. Dat is beter voor het koecomfort. Hierdoor is de levensduur van de koeien inmiddels veel langer geworden. Dat is van belang voor de duurzaamheid.



Ik hoor ook wel eens dat het aantal koeien juist verminderd zou moeten worden. Hoe is dat hier op Terschelling?

‘Op Terschelling is eerder een tekort aan koeien of beter gezegd aan mest. De mestoverschotten zoals in Brabant kennen we hier niet. Er is op Terschelling gemiddeld een hele lage veebezetting waardoor er juist ruimte zou zijn voor meer vee waardoor de kringlopen ook beter zouden sluiten.

Bemesting op de norm is het beste maar als er geen bemesting voorhanden is ontstaan er tekorten in de grond. Te vergelijken met de auto, zonder brandstof houdt het een keer op. Op Terschelling zijn daarnaast ook veel gronden met een hoge bezetting aan ganzen die veel schade aanrichten en ook gronden die extensiever gebruikt worden waar de weidevogels goed gedijen. Zo blijft er veel variatie in de polder. Maar op de gronden waar weinig tot geen ganzen en weidevogels komen ben ik van mening dat er binnen de mestwet geldende normen de potentie van de grond gebruikt moet worden en dat is ongeveer twee koeien per hectare ofwel 18000 pakken melk met daardoor laagst mogelijke CO2 footprint. Weer duurzaamheid. Helaas remt de overheid extensieve gebieden als Terschelling ook met de huidige stikstofregelgeving blijft een hoop latente ruimte onbenut.’



Sinds de demonstratie enkele weken geleden, lijkt er in de beeldvorming iets veranderd te zijn, maar had jij last van de publiciteit ten aanzien van het boerenbedrijf?

‘Er moet wel waardering zijn, na de eerste actie bleek gelukkig dat 90 % van de bevolking achter de boeren staat. De media doet dit helaas anders voorkomen en bieden tegenstanders alle mogelijkheden om de agrarische sector in een kwaad daglicht te stellen. De laaste 25 jaar is het aardig gelukt om het boeren te ontmoedigen, het aantal melkkoeien is bijvoorbeeld gehalveerd sinds 1980 maar ik denk dat ze hun hand overspeeld hebben. Door de bezetting in Boxtel met slappe handhaving van de politie en de uitspraken van Tjeerd de Groot en Jesse Klaver is men een grens overgegaan. Nuchter boerenverstand is ver te zoeken in Den Haag, wie durft er met droge ogen een norm voor stikstof te verdedigen die 140 maal lager ligt dan in Duitsland? Vorig jaar zijn we gestart met kamperen bij de boer, je verbaast je hoe weinig mensen weten van de boerderij en hoeveel onjuistheden men opsteekt via radio tv en social media. Ik mag dan ook graag mijn bedrijf laten zien en vertellen hoe het een en ander in elkaar steekt en waarom we bepaalde keuzes maken. Binnen een paar minuten kan je ideeën en vooroordelen van burgers al beinvloeden door ze het in het echt te laten zien, geen romantische verhaaltjes maar de realiteit. Ik zou ook graag zien dat voor men stemrecht krijgt eens een boerderij van binnen en buiten leert kennen. Je hebt die boer tenslotte drie keer per dag nodig de rest van je leven.’



Wanneer is er voor jou ‘tijd om te oogsten’?

‘Ik ben geen boer geworden voor het geld, geld op de bank boeit me niet zozeer. Vrije tijd evenmin, een levensvatbaar bedrijf opbouwen wel, dat is tenslotte ook mijn pensioen. Ik geniet er veel meer van als de koeien het goed doen, dat geeft veel werkplezier. Of als we overdag zelf een betonvloer storten en ik die dan snachts sta te vlinderen heb je de volgende ochtend als de zon erop schijnt en je bijna de diepte erin kan zien wel voldoening. Net als dat we op de vrije zondag bij mijn schoonouders aan een schuur bouwen, dat voelt meer als hobby dan als werk. Dan zeggen we tegen elkaar: dat hebben we maar weer mooi verdiend!’